—(sommige) afbeeldingen vallen buiten verantwoordelijkheid van de redactie—
Nou ja, het is niet mijn club….
Nooit geweest ook.
Hoewel, ik heb mezelf er wel eens op betrapt dat ik juichte om een mooie actie van Moulijn of een fraai doelpunt van Kindvall.
En ik ben blij dat Jörgensen hersteld is.
Je moet de ‘vijand’ ook iets gunnen, toch?
Ik vind het fijn wanneer ze als ploeg goed spelen.
Zo lang ze op de ranglijst maar niet boven die andere rood-witten staan!
Dat ik nu het leven als gelovige ga vergelijken met sport is niets bijzonders.
Dat deed Paulus al.
En in Hebreeën komen we het bekende beeld van de hardloopwedstrijd tegen. Daarover heeft onderhand bijna iedereen ooit wel een preek gehoord.
Of gehouden…
In Paulus’ tijd was voetbal nog niet uitgevonden.
Anders had hij mogelijk de kerk wel eens vergeleken met een voetbalteam.
Dat kan prima.
Wel eens gezien: een team dat de kluts kwijt is en waarvan de spelers vooral tegen elkaar spelen?
Daar loopt er eentje te mopperen dat hij niet aangespeeld werd, terwijl hij er toch veel beter voor stond.
Achterin scheldt de doelman de centrale verdediger uit omdat ze die opkomende man niet eerder afstopten.
De linksbuiten sjokt langs de zijlijn en heft in wanhoop de handen ten hemel: nog niet één goede pass gekregen!
Op het middenveld schreeuwt de aanvoerder woedend dat ze moeten ophouden met schelden en moeten gaan voetballen.
Een ramp!
Het gaat van kwaad tot erger.
Af en toe gebeurt er een soort wonder en gaat zo’n ploeg na de rust ineens wel echt voetballen.
Er is afstemming en overleg.
Spelers vinden elkaar en het gaat lopen…
Je weet niet wat je ziet.
Het wordt een totaal andere wedstrijd.
Snap je, als we in de kerk vergeten dat we samen in gevecht zijn tegen alles wat het geloof bedreigt, dan wordt het niks.
Dan gaan we vechten tegen elkaar over meningen, standpunten, voorkeuren en dergelijke.
Als we dat doen wordt het een stuk gemakkelijker voor de duivel.
Jawel, je teamgenoten in de kerk maken fouten.
Ze hebben soms hun dag niet.
Ze doen wel eens iets doms.
Ze hebben ideeën die jou niet aanspreken.
Iemand ziet jou misschien over wel het hoofd.
Stel zulke dingen gerust aan de orde als het nodig is!
Maar houd vooral in de gaten waar om gaat: dat wij samen bij het geloof blijven.
Dat we elkaar daarin helpen.
Dat we een licht zijn voor onze omgeving.
We moeten niet tegen elkaar vechten, maar met elkaar.
Gelukkig is er een Coach, die ons af en toe in de ‘rust’ weer op gang helpt. Vooral door zijn voorbeeld.
Eén ding is belangrijk: leef op een manier die past bij het goede nieuws over Christus.
Zorg er dus voor dat jullie een sterke eenheid vormen, en samen strijden voor het geloof.
Dat is wat ik over jullie wil horen.
Dat is wat ik wil zien als ik bij jullie kom.
…
En mijn vreugde zal volmaakt zijn als jullie helemaal één zijn.
Als jullie allemaal hetzelfde willen, het met elkaar eens zijn en allemaal veel van elkaar houden.
Jullie moeten jezelf niet beter vinden dan een ander, of opscheppen over jezelf. Nee, jullie moeten bescheiden zijn, en een ander belangrijker vinden dan jezelf.
Denk niet alleen aan jezelf, maar zorg juist voor elkaar.
Bedenk wat Jezus Christus gedaan heeft. Daaraan zien jullie hoe jullie met elkaar om moeten gaan.
Filippenzen 1:27 – 2:5